Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [51]Ik ben een van de vreedzamen, van de getrouwen in Israel, en gij zoekt te doden een [52]stad, die een moeder is in Israel; waarom zoudt gij het [53]erfdeel des HEEREN verslinden? 51. Zij spreekt in den naam der stad Abel. 52. Hebreeuws, een stad en een moeder; enz.; dat is, een hoofdstad, hebbende onder haar andere steden en dorpen. Of, versta door de moeder de inwoners ener stad, die als ene moeder is van andere, die zij, als een moeder den kinderen, met wijzen en goeden raad pleegt voor te gaan. 53. Dat is, zijn volk, dat Hij bemint, als een mens zijn erfdeel.